vrijdag 26 april 2013

Terug naar de Mardyk (Meerweg)

Als je op de foto klikt, zie je hem groter.
Oud riet
Gisteravond was het prachtig weer. De wind was gaan liggen, de temperatuur was ongewoon zwoel voor deze contreien en ik besloot om naar de plek te gaan waar ik vorig jaar wat schetsen en 3 schilderijen en heb gemaakt. Een kleine inham met directe toegang naar de Sneekermeer. Aan de overkant liggen de sluizen van het Prinses Margrietkanaal. De baai van Teherne, heet het in de volksmond. Ik fietste dus via Tersoal, langs de Wiersterwei (het schilderijKlein Wieren), de Butlânswei naar de Mardyk. De Mardyk is vrij lang en kruist een bepaald moment de Grienedyk (die vanaf Sneek om de Sneekermeer naar Abbenwier, bij Jirnsum loopt). Op die hoek heb ik ook een schilderij gemaakt van een huisje dat altijd de luiken dicht heeft. Er staan wat plastic stoelen in het omringende gras, maar ik heb er nooit een mens gezien.

Het licht was fantastisch! Er hing een gloed over het landschap, die je ’s avonds wel vaker ziet. En het water gaf licht. Gauw een schetsje gemaakt en gedacht aan een avondlichtschilderij van Wristler dat ik ooit in een museum in Baltimore zag en dat altijd in mijn achterhoofd is blijven zitten. Zo prachtig van sfeer... Dat wil ik ook maken...
Avond bij de Sneeker Meer

Op weg naar de baai van Teherne sloeg de schrik me om het hart: aan de linkerkant was men rigoreus bezig geweest met het weghalen van alle begroeiing! Alles was kaalgeschoren en rechtgetrokken! Oude hekken weggehaald (zie het schilderij Wilgenroosjes)! Dat moeten natuurlijk van die standaard metalen, strakke dingen worden. Bah!
Rechts bleef het een mooi rietlandschap, want natuurgebied met gruttogeluid. Nog een schetsje gemaakt met aquarel in mijn A5 Pedeskin-schetsboekje. Vandaag bijgewerkt met krijt.

Op de terugweg bij Klein Wieren zag ik dat ze de hoge bomen hadden gekortwiekt en dat het beeld dat ik vorig jaar heb gemaakt, in 9 maanden al weer zo veel is veranderd.

  



donderdag 25 april 2013

De Albadawei

Albadawei, in de verte ligt Jirnsum
Vanaf Poppenwier naar Grau lopen kaarsrechte, kale wegen (vanwege de ruilverkaveling). Maandag besloot ik op de fiets naar Grau te gaan om boodschappen te doen en te kijken of ik iets zag om te schilderen. Vorig jaar had ik 2 schilderijen aan de Albadawei gemaakt en zowaar: ik vond weer 2 plekken die naar mijn idee Friesland weergeven.
Op de heenweg naar Grau had ik de wind mee; in de hoogste versnelling ging het als een trein. Terug was het weer zoals ik altijd denk dat het in Friesland is: wind tegen, windkracht 5.
Dinsdag ben ik terug gegaan met tekenmateriaal voor de schetsen hiernaast en gister ben ik begonnen met schilderen. De harde wind bleef en ik heb maar kort gewerkt.Het waterbakje waaide van de ezel en ik had geen water meer.
Vandaag ging het beter; ik heb de eerst laag gezet
Naast de Albadawei

Poppenwier Revisited

Dora
Hier gaat het allemaal om: Dora. Zij moet gevoerd en geaaid, toegesproken en gekamd. Ze is mij goed gezind en heeft me nog niet 1 keer gekrabd. De relatie die wij vorig jaar in de zomer hebben opgebouwd is kennelijk nog steeds van kracht. Ik heb er spijt van dat ik haar vorig jaar sadistisch noemde; er zit nu alleen nog maar liefde in dat kattenkopje.
Buitenatelier

Als buitenatelier heb ik een partytent neergezet; dat houdt mijn spullen droog en is toch licht. Tot nu toe heb ik 3 schetsen gemaakt die tot een schilderij moeten leiden en gister heb ik de aanzet gemaakt voor 3 schilderijen.
Het onderwerp ligt weer naast de deur van mijn verblijf. Mijn Poppenwierster vrienden vertelden me dat het grasland tot vorige week helemaal geel was, dor. Sinds de regen is begonnen is het in 1 week stralend groen geworden: het gras is weer gaan groeien. De boeren zijn druk met gieren. De gele stukken liggen naast en in de sloot: oud riet. Slootkanten dus. Ik ben dus begonnen met schilderen, maar met windkracht 5 is het houwen en keren met mijn ezel Daarom dat buitenatelier: met schetsen, foto's en herinnering zal ik het nu even moeten doen.

zondag 7 april 2013

Boerensloot voorlopig klaar

Sinds begin januari ben ik nu al bezig met dit drieluik van 4 meter 20 breed en 1 meter 60 hoog. Dat klopt wel ongeveer; aan het vorige drieluik (Orfeus or Paradise Lost 2009) heb ik ook 3 maanden geschilderd.
Ik ben nu op het punt gekomen, dat ik hem in het atelier ga ophangen. Zo nu en dan zal ik er misschien nog iets aan doen, maar voorlopig is hij klaar. In december breng ik hem naar Galerie Oosthem.
Wat ik wil overbrengen is het zomerse gevoel, het stralende, nog prille groen van begin juni aan de rand van Sneek bij een boerensloot.
In mijn kindertijd heb ik altijd aan de rand van Sneek gewoond. Als je de straat uit liep, stond je in het weiland. Ik ving visjes en salamanders en bloedzuigers (éng!) met een visnetje, gemaakt van een oude kous van mijn moeder. Daar is zelfs nog eens een snoek dwars doorheen gezwommen! Met de polsstok van mijn broer dwaalde ik met een vriendje door de weilanden. Kortom, dát gevoel moet ik in het schilderij brengen en dan is het af.