Ik had in Bloeyendael andere
schildergenieke plekken ontdekt. Aan de uiterste rand, vlak bij het gebouw van
Provinciale Staten, is ook een mooie waterpartij. Een poel met warrig, verdord
riet aan de kant. Water bedekt met gevallen blaadjes; rondscharrelende
meerkoeten.
De blaadjes zaten nog aan de bomen, maar
waren al aardig uitgedund. Daardoor was er, als de zon scheen, een prachtig
licht onder de bomen. De lange schaduwen hadden me al een poos bezig gehouden.
Het was alleen wachten op een mooie dag.
Na 2 uur geconcentreerd schilderen drong de koude door
mijn schoenen en mijn vingers konden de kwasten niet meer goed hanteren. Het
schilderij is daarom thuis afgemaakt.